Het totale slagingspercentage ligt na de herkansingen altijd een stuk hoger |
|
|
|
Karlijn Raats,
woensdag 6 oktober 2021 |
|
| 350 sec |
Opleiders nuanceren de op het eerste oog lage ETT- en ETW-slagingspercentages van dit jaar
Dit jaar vond het European Tree Technician-examen (ETT) plaats bij IPC Groene Ruimte. Van de deelnemende kandidaten slaagde 30 procent. Bij het landelijk ETW-examen waaraan studenten van Yuverta en IPC Groene Ruimte deelnamen, zijn vier van de vijftien geslaagd. Zijn deze slagingspercentages verontrustend? En zo ja, wat zijn de oorzaken? Het vakblad vraagt het aan betrokkenen, waaronder opleiders Yuverta en IPC Groene Ruimte.
De European Tree Technician is een erkende bomenspecialist in Europa. Dat het ETT-examen moeilijk is, was al bekend. Nu het slagingspercentage van zowel het ETT-examen als het ETW-examen dit jaar laag lijkt uit de vallen, rijst de vraag of dit aan de opleiding ligt, aan de kandidaten, aan het examen, of dat andere factoren een rol spelen.
Gedegen opleiding
Corik Geurts is docent Boomverzorging bij Yuverta Eindhoven (voorheen Helicon). Hij coördineert de opleiding Boomtechnisch Adviseur (BTA) voor Yuverta, maar ook voor dezelfde opleiding bij Terranext Groningen. Bij voldoende deelname start deze avondopleiding bij Terranext dit jaar in september, Yuverta start de opleiding weer in januari 2022. Geurts vindt dat de studenten door zijn school grondig voorbereid zijn op het ETT-examen. Ook bespeurt hij veel enthousiasme onder de studenten. 'De afgestudeerde boomtechnisch adviseurs die na hun opleiding besluiten voor hun ETT-examen te gaan, zijn grondig voorbereid, omdat wij het curriculum voor BTA op de ETT-opleiding hebben geënt. Bovendien bereiden we studenten voor op het ETT-examen door middel van proefexamens en simulaties. Ook de evaluaties na de opleiding BTA zijn lovend. Deze zijn gemiddeld hoger dan een 7,5. Dat is hoog voor een opleiding. Na het BTA-examen vragen de studenten zich af of ze het examen ETT-examen ook willen afleggen. We benadrukken dat het examen niet onderschat moet worden. Iedereen maakt dan een afweging. Enkelen willen het examen zo snel mogelijk na de opleiding BTA doen, anderen liever op een later tijdstip. Sommigen laten het bij BTA.'
| Corik Geurts |
|
|
Échte slagingspercentage pas bekend na herkansingen
Volgens Geurts moet het lage slagingspercentage genuanceerd worden: 'Het uiteindelijke slagingspercentage bij ETT valt waarschijnlijk mee. We zien namelijk dat de meeste kandidaten ná de herkansingsronde alsnog slagen voor het ETT-examen. De studenten die dit jaar voor hun ETT-examen gezakt zijn, mogen de onderdelen waarvoor zij gezakt zijn herkansen. Het zou me niet verbazen als het slagingspercentage na de herkansingen een stuk hoger is. Hetzelfde geldt voor het slagingspercentage bij het ETW-examen. Daar zien we ook dat nagenoeg 100 procent na de herkansing geslaagd. Toch is belangrijk om kritisch te blijven kijken naar de opleiding, de inzet van de studenten en naar de kwaliteit van het examen. Als het slagingspercentage van ETT of ETW over een langere periode laag is, is dat wel een reden tot zorg.'
Ronny Sprong, opleidingscoördinator ETT van IPC Groene Ruimte: 'Ook mensen zonder ETT-opleiding, die wel voldoen aan de EAC-criteria, mogen aan het ETT-examen deelnemen. Het slagingspercentage ligt bij deze groep doorgaans een stuk lager dan bij de mensen met vooropleiding.' Sprong bevestigt wat Geurts zojuist beweerde: 'Het totale slagingspercentage was bij zowel ETT als ETW, na de herkansingen, 90 procent. Dat is niet beter of slechter dan andere jaren.'
Vergaand specialisme
Rob Borst is senior adviseur bij IPC Groene Ruimte. Hij betoogt dat European Tree Technician een zeer specialistisch vak is, omdat er analytisch niveau en adviseringsvaardigheden voor nodig zijn en de studiebelasting zwaar is. 'Een allround boomtechnisch adviseur is te vergelijken met een allround civieltechnisch adviseur. Het is niet iets wat je zomaar even wordt.' Borst geeft aan dat IPC Groene Ruimte blij is met ETT-cursisten en dat de school tijdens intakegesprekken benadrukt dat de opleiding pittig is. Ook raadt IPC Groene Ruimte sommigen aan om op bepaalde vlakken eerst wat meer werkervaring op te doen voordat zij aan de ETT-opleiding beginnen. Want als iemand te weinig ervaring heeft in de breedte van het bomenvak, vergt het een ontzettend groot inlevingsvermogen.
| Rob Borst |
|
|
Daarnaast schuilt het probleem volgens Borst in het gebrek aan profilering van het boomtechnische vak in de markt. 'In 2003 hebben we in Nederland de ETT-opleiding opgezet, mede geïnitieerd door de toenmalige Nederlandse Vereniging van Boomverzorgende bedrijven, die later opging in de VHG Vakgroep Bomen. Boomtechnisch advies is niet hun kerntaak. De profilering en positionering van het vak boomtechnisch advies kan daardoor een stuk beter, waardoor zich meer en wellicht geschiktere kandidaten aanmelden. Dit zijn kandidaten die begrijpen dat een boomtechnisch adviseur het equivalent is van een civieltechnisch adviseur en die dat ook uitstralen. Ze realiseren zich dat het pittig is om een ETT-diploma te behalen. Je moet je immers in het werk staande houden en van toegevoegde waarde zijn te midden van bijvoorbeeld civieltechnische, energietechnische, waterbouwkundige en bouwtechnische adviseurs. Daisy van Boven, die met twee tienen en gemiddeld een negen slaagde voor haar ETT-examen, is een schoolvoorbeeld van iemand die haar kennis weet te combineren met een stevige, duidelijke presentatie-aanpak.'
Waardedaling van het diploma
Joost Verhagen, directeur van Cobra groeninzicht en gastdocent bij de ETT- en ETM-opleiding, is het eens met Borst. 'Men is de waarde van het diploma en van het vak vergeten. Dat merk ik aan het feit dat het diploma niet veel geld meer waard is, ondanks de intense tijd- en kosteninvestering die de scholing tot ETT'er vraagt. Dat papiertje, dat ''hoort er gewoon bij, zo lijkt het. Dat komt mede door het feit dat ETT'ers geen verplichte terugkomdagen hebben om zich bij te blijven scholen. Daardoor wordt het diploma minder waard. Daarnaast mis ik de gedrevenheid onder nieuwe ETT'ers in vergelijking met vroeger. Dat is niet zomaar op te lossen, zoiets moet van binnenuit komen. Wellicht heeft men een te romantisch beeld van het vak. We zijn geen bomenknuffelaars. Boomtechnisch adviseurs zijn slimme mensen die óok dagen achtereen rapporten moeten kunnen opstellen.'
| Joost Verhagen |
|
|
|
Verhagen: 'Het papiertje hoort er tegenwoordig bijna standaard bij'
| |
|
Netwerk voor profilering en positionering
Borst vindt dat het gebrek aan een passende brancheorganisatie leidt tot een ondermaatse profilering van het vak in de markt. Daarom lijkt het hem goed als boomtechnische bedrijven en organisaties een netwerk gaan vormen. Sterker nog, hij denkt dat de profilering van het vak en het aanwakkeren van meer waardering de taak is van de boomtechnische advieshoek. Borst doelt met profilering overigens op de waardestijging van het vak, uitgedrukt in een hogere positionering van het werk, en niet zozeer op de reeds grote vraag naar ETT'ers. 'Zo'n boomtechnisch netwerk kan opdrachtgevers beter bereiken en andersom. Over het boomtechnisch advies als specialisatie wordt dan meer bekend en het beroep krijgt glans.'
Een netwerk van boomtechnisch adviseurs, zoals ook het netwerk met ecologische adviesbureaus, kan volgens Borst een gezamenlijke landingspagina opstarten. 'Alle expertises kunnen daarbinnen op een rij worden gezet, van verplantingen tot bomenziektes en van innovaties van groeiplaatsen tot boomdata. Klimaatadaptatie, duurzaamheid en biodiversiteit zijn daarbij hoofdthema's. Nu werken alle boomtechnische bedrijven vooral vanaf hun eigen "eiland". De boomtechnische adviesbureaus zijn allemaal prachtige bedrijven; ze hebben alleen nog geen gezamenlijk platform, waarbinnen samenwerkingen denkbaar zijn met organisaties van opdrachtgevers, zoals Koninklijke Vereniging Stadswerk Nederland, Rijkswaterstaat, IPO of de Unie van Waterschappen. Door een groot netwerk kan er worden meegedacht binnen grote, complexe vraagstukken en worden deelgenomen aan grote projecten en ontwikkelingen. Dan zullen er financieringen op gang komen. Hierdoor zullen boomtechnisch adviseurs voor hun uitgebreide specialistische capaciteiten beter betaald worden. Zo'n netwerk kan het vak ook onder de aandacht van jongeren brengen, door het organiseren van beroepsdagen op middelbare scholen. Vooralsnog schitteren groene bedrijven daar door hun afwezigheid.'
Iedereen welkom
Geurts waagt zich niet aan een analyse van de beroepsprofilering in de markt. Hij benadert het lage slagingspercentage aan de hand van zijn educatieve referentiekader: de studenten, de opleiding en het examen. Geurts geeft aan dat iedereen die ETT'er wil worden in principe welkom is om zich aan te melden bij de opleiding. 'Er is een enorme vraag naar ETT'ers. Bovendien willen wij niemand die droomt om ETT'er te worden afwijzen, ook al komt diegene niet uit het groen en wil die persoon een carrièreswitch maken. Alle mensen die zich aanmelden zijn gemotiveerd. Wel heeft de ene student meer tijd en energie voor de studie nodig dan de andere. Dit bepaalt echter niet of iemand uiteindelijk slaagt voor het BTA-examen en eventueel later voor het ETT-examen.'
|
Geurts: 'We willen niemand die droomt om ETT'er te worden afwijzen. Bovendien is er een grote marktvraag'
| |
|
Herman Wevers, gastdocent en lid van de vaststellingscommissie voor het ETT-examen, beaamt dit. 'In de eerste jaren na de oprichting van de opleiding in Nederland schreef de top van de bomenwereld zich in. Dit had enerzijds tot gevolg dat de opleiding zich door hun input verbeterde en moeilijker werd. Zij slaagden allemaal met vlag en wimpel. Doordat er naar verloop van tijd sprake was van een bredere instroom, met meer zij-instromers, hebben we het slagingspercentage wel zien dalen. Toch blijft elke nieuwe kandidaat van harte welkom, in de eerste plaats vanuit de markt. Bij Alles over Groenbeheer zijn momenteel drie zij-instromers bezig met de ETT-opleiding. Zij zijn allemaal dolenthousiast over de opleiding. Als gastdocent merk ik dat ook. Als er morgen tien ETT'ers zouden solliciteren, zou ik ze allemaal aannemen. Er is immers meer dan genoeg werk voor ETT'ers.'
Wat Geurts en Wevers wel zien, is dat de studiebelasting de studenten parten kan spelen. 'Het is een pittige opleiding, die zij vaak naast werk en gezin volgen', schetst Wevers. 'Vooral zelfstandigen worstelen met tijdgebrek.' Geurts voegt hieraan toe dat dit de reden is dat Yuverta de opleiding in de avonduren aanbiedt. Wevers vervolgt: 'Daarnaast hangt het beklijven van de lesstof ervan af hoezeer het bedrijf er bij de student bovenop zit. Bij Alles over Groenbeheer worden de ETT-studenten intensief betrokken bij alle onderdelen van het vak en leren zij om aan hoge eisen te voldoen. De praktijk sluit dan aan op de lesstof.'
| Herman Wevers |
|
|
|
Wevers: 'Het is een pittige opleiding, die zij vaak naast werk en gezin volgen'
| |
|
Volgens Geurts is het een taak van de VHG Vakgroep Bomen om haast te maken met de oprichting van een onafhankelijke vaststellingscommissie, die toegang heeft tot alle ETT-examens. Volgens Sprong van IPC Groene Ruimte gaat de VHG een Nederlands ETT- examendocument ontwerpen en een vaststellingscommissie oprichten. 'IPC Groene Ruimte heeft echter aangegeven dat er is aangegeven dat naast VHG de hele ETT-sector goed vertegenwoordigd moet zijn in de vaststellingscommissie.'
Geurts concludeert dat de bereidheid om kritisch te kijken blijft, maar dat er niet te snel conclusies getrokken moeten worden. 'We doen er als opleiding alles aan om op alle vlakken kwaliteit af te leveren. Studenten doen hun uiterste best. Het is een pittige opleiding. Als je ervoor slaagt, ben je in het bezit van een bijzonder waardevol diploma voor het mooiste vak ter wereld.'
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|