Boomverzorgers in spe testen kennis met praktijkexamen |
|
|
|
|
 |
| 242 sec |
21 kandidaten laten hun kennis toetsen voor het geaccrediteerde ETT-certificaat
Medio maart namen 21 mensen deel aan het praktijkexamen European tree technician bij IPC Groene Ruimte. Driekwart van de groep had ook de opleiding bij IPC gevolgd, de anderen kwamen 'van buiten' en lieten bij IPC testen of hun vaardigheden en kennis toereikend zijn voor het certificaat.
| Het examenonderdeel boomtechnisch onderzoek. Foto: Don van Rossen, IPC Groene Ruimte |
A4-tjes op diverse deuren in het pand van IPC Groene Ruimte manen tot stilte: er zijn examens. Eén daarvan is het European tree technician- of ETT-examen, dat bijna de hele week in beslag neemt. Ronny Sprong, senior adviseur bij IPC Groene Ruimte, is verantwoordelijk voor de organisatie en coördinatie van het examen, de examenonderdelen binnen en buiten en wat er verder nog bij komt kijken. 'Als je voldoet aan de criteria die de European Arboricultural Council (EAC) daarvoor stelt, kun je deelnemen aan het examen. Daarom moeten we alle kandidaten die alleen voor het examen inschrijven, bevragen over hun voorkennis. Is een kandidaat al ETW'er, dan is het prima. Zo niet, dan vragen we wat verder door.'
Supervisor EAC
Bij het examen is altijd een supervisor van de EAC aanwezig. Normaal gesproken is dat een afgevaardigde uit het buitenland; deze keer is het de Nederlandse Henk van Scherpenzeel. 'Bij elk examen is een supervisor aanwezig, die monitort of het examen conform de EAC-normen wordt afgenomen. Ik bemoei me niet met de kandidaten en spreek ook geen oordeel uit. Ik let er wel op dat de reglementen worden gerespecteerd, bijvoorbeeld met betrekking tot de duur van het examen en of de inhoud voldoet aan het curriculum. Ook kan ik praktische vragen beantwoorden, bijvoorbeeld over printen en meenemen van de ingediende antwoorden.' Sprong vult aan: 'IPC Groene Ruimte is de certificerende instelling. Henk is op de hoogte van de laatste afspraken en regels. Bij twijfel kunnen wij hem dus altijd vragen stellen, zodat ook wij voldoen aan het EAC-reglement.'
Theorie en praktijk
Het examen neemt vier dagen in beslag. Op de eerste dag wordt het theorie-examen afgenomen en krijgen de kandidaten een schriftelijke simulatie voorgeschoteld. Dit is een volledige computerdag. De overige dagen worden besteed aan een praktijkcasus, buiten en op locatie. Vervolgens brengen de toekomstige ETT'ers een advies uit aan drie examinatoren. Sprong: 'Door het stellen van vragen krijgen de examinatoren een beeld van de kennis van de kandidaten, van hun flexibiliteit en creativiteit als het gaat om adviezen en geschetste scenario's, hun vaardigheid om out of the box te denken. Het is ook belangrijk dat de kandidaten het verhaal, hun advies, zodanig kunnen visualiseren dat degenen aan de andere kant van de tafel begrijpen wat er bedoeld wordt. ETT'er kunnen immers ook uitgenodigd worden door een gemeente of een woningbouwvereniging om hun bevindingen voor een groep bewoners te presenteren.'
Dit mondelinge examen gaat zowel over het boomtechnisch onderzoek dat de kandidaten 's ochtends hebben uitgevoerd als over het plan van aanpak dat op de eerste dag is uitgewerkt op basis van de schriftelijke simulatie.
De casus
Een casus bedenken is eenvoudig, vinden Van Scherpenzeel en Sprong. Voor dit examen krijgen de deelnemers te maken met een daadwerkelijke situatie, verpakt in een fictief verhaal, in het Sonsbeekpark in Arnhem. Er is een terrein met bomen dat de gemeente duurzaam wil behouden. Er staat echter een villa op het perceel die gerenoveerd moet worden, een project dat zeker een jaar gaat duren en waarbij een depot moet worden ingericht voor een bouwkeet en bouwmaterialen. Hiervoor is slechts één plaats geschikt en dat is - je raadt het al - precies tussen die bomen, met in het midden een jonge linde. Met deze informatie gaat de kandidaat aan de slag. Hoeveel ruimte heb je nodig? Hoelang duurt het project? Hoe is de grond, is die verdicht en zo ja, in welke mate? Hoe ziet de bodem eruit en de beworteling? Welke oplossing is er voor deze linde?
Van Scherpenzeel: 'De examinatoren vertegenwoordigen de eigenaar van de villa, de bouwer en iemand van de gemeente Arnhem, ieder met zijn eigen belangen. Aan de kandidaat de vraag: wat is jouw advies en welke scenario's zijn er mogelijk? Pak je de linde op en plaats je hem later terug? De meeste kandidaten gaan met een flipover aan de slag, tekenen de situatie uit en pakken het best aardig op. Maar anderen lopen helemaal vast, denken in één richting en komen er niet uit. Er zijn altijd meerdere oplossingen mogelijk, als je maar de gevolgen voor iedere partij in kaart brengt.'
Sprong benadrukt: 'Als ETT'er ben je niet de opdrachtgever, je bent de adviseur. Je onderzoekt de situatie en brengt een advies uit met meerdere scenario's. Jij bent niet degene die een besluit moet nemen. Je biedt richtingen aan met de consequenties die eraan verbonden zijn.'
Examinatoren
Voor het afnemen van de examens worden mensen uit het werkveld aangetrokken. Er wordt vooraf gecheckt of de examinatoren de kandidaten kennen. In dat geval worden ze voor die keer uitgesloten. Examinatoren kunnen ETT'ers zijn, bij een gemeente werken of zelf adviseur zijn. 'De examinatoren proberen ook de druk er een beetje af te halen en een ontspannen situatie te creëren. Toch zijn veel kandidaten wel gespannen', vertelt Van Scherpenzeel.
'Boomtechnisch moet je verhaal kloppen', zegt examinator en ETT'er Riemke Steenhuis tussen twee kandidaten door. 'Daarom stellen we tussendoor ook theoretische vragen', zo vult Peter van Welsem aan, haar collega en tevens zelfstandig adviseur. Het mondelinge examen duurt een half uur. Het eerste kwartier gaat over het praktijkonderzoek en boomtechnisch advies voor het Sonsbeekpark, de tweede helft over de theoretische casus van de eerste dag. Examinator Rogier Mulder werkt bij de gemeente Tilburg als adviseur groen en boombeheer. Hij vertelt: 'Vooraf vragen we of ze nog iets willen toevoegen aan het ingediende plan.' Van Welsem: 'We kijken natuurlijk naar de inhoud, maar het is ook belangrijk dat kandidaten hun verhaal overtuigend kunnen overbrengen. Ik vraag me dan af of ik deze persoon als adviseur in mijn eigen organisatie zou willen hebben of niet.'
 | | De examinatoren zitten klaar voor de presentaties |
|
|
Prima beroep voor een vrouw
Het gezelschap dat examen doet, is gemêleerd en heeft een uiteenlopende achtergrond. Twee van hen zijn vrouw. 'Het is nog altijd een mannenwereld, maar het aantal dames neemt wel toe', merkt Sprong. 'Een van de examinatoren is een vrouwelijke ETT'er. Het is een prima beroep voor vrouwen. Een goede ETT'er is communicatief vaardig, kan goede rapportages maken en data verzamelen en vertalen.' Van Scherpenzeel is het daarmee eens: 'ETW'ers en ETT'ers gaan vaak samen op pad. Moet er ergens gegraven worden, dan kan er een machientje voor ingezet worden, als jij als ETT'er maar de kennis hebt om te weten hoe diep er gegraven mag worden. Het is een prima vrouwenberoep en de sector kan ook wel meer vrouwen gebruiken.'
Circa vier weken na het examen zijn de uitslagen bekend. Gemiddeld slaagt tussen de 50 en 70 procent voor het klaarblijkelijk pittige examen. Bij IPC Groene Ruimte is dan alweer een nieuwe lichting toekomstige ETT'ers gestart met de opleiding.
Van ETT'er naar ...
IPC Groene Ruimte ontwikkelde ook de opleiding tot European treemanager (ETM). De derde groep doorloopt nu deze opleiding, maar valt nog niet onder auspiciën van de EAC. Sprong: 'We hebben recent een Europees Erasmusvoorstel geschreven voor een subsidieaanvraag, om er een EU-certificering van te maken. De EAC en diverse partijen uit onder meer Frankrijk en het VK zijn aangehaakt als partner. Ondanks de brexit is er in het VK veel belangstelling voor de ETM-opleiding.'
|
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
