BetereBomen: Sorbus is droogte- én verhardingsresistent, dus past altijd |
|
|
|
|
| 606 sec |
Kaalslag in de taxonomie van het geslacht Sorbus: veel gouwe oudjes kregen een nieuwe naam
Ze zijn droogteresistent en bestand tegen hitte. En meelbessen groeien ook nog aardig in verharding, als het niet anders kan. Bovendien worden ze niet al te groot. Een verhaal over meelbessen en lijsterbessen, die we voor het gemak allemaal onder de noemer Sorbus presenteren.
Voor het Stationspostgebouw in Den Haag in combinatie met de aanleg van het nieuwe Postpark plantte Van den Berk een meerstammige Sorbus aucuparia van 450-500 cm. |
Het geslacht Sorbus valt in de praktijk uiteen in lijsterbessen (met samengestelde bladeren) en meelbessen (met enkelvoudig blad), en dan zijn er nog wat tussenvormen. In het algemeen leven eenbladige meelbessen langer dan lijsterbessen. Ook kunnen meelbessen meer hitte en droogte verdragen, waardoor ze geschikter zijn als laanboom voor straten. In dit artikel een greep uit het sortiment, dat heel veel groter is, met - zoals u van mij kunt verwachten - ook onbekende en daardoor (nog) onbeminde soorten.
Nederland kent slechts één vertegenwoordiger van het geslacht Sorbus: Sorbus aucuparia, gewone lijsterbes. Het is een boom of boompje dat het in Nederland net iets minder goed doet dan in het koudere Schotland en Zweden. Deze soort staat dan ook in de lijst van de 40 procent inheemse planten die voor het einde van deze eeuw mogelijk zijn uitgestorven ten gevolge van klimaatverandering (voorspelling van Arnold van Vliet, WUR). In ons - voor lijsterbes warme - klimaat draagt hij al in augustus bessen. Het oneven geveerde blad krult tegen die tijd al om en valt kort daarna bruin af. Er verschijnen al bessen wanneer we er eigenlijk nog niet aan willen denken dat het weer herfst wordt.
Ik noem van de vele selecties alleen de cv 'Fastigiata', die inderdaad een opgaande kroon heeft. Het grote donkergroene blad verhult in de zomer de vele vruchtboomkankerplekken, die deze cv eigenlijk ongeschikt maken voor Nederland. In Zweden is het een prachtige boom. Eigenlijk zijn alle Sorbus aucuparia-cultivars (inclusief 'Joseph Rock') zo gevoelig voor aantastingen, dat ik de vele cv's hier niet noem. Er is binnen het geslacht zoveel beters!
Het geslacht is groot. De prachtige, maar echt obscure soorten laat ik weg. En u moet me niet kwalijk nemen dat ik ook soorten noem die in Nederland alleen bij kleinere sortimentskwekers te vinden zijn. Dit voor de fijnproevers die eens buiten de gebaande paden willen treden. Experimenteer gerust; dat helpt om ervaring op te doen, te innoveren, en het stimuleert kwekers om hetzelfde te doen. Wees niet bang voor onverhoopt uitzaaien: geen enkele soort gedraagt zich invasief.
|
Het geslacht Sorbus valt in de praktijk uiteen in lijsterbessen (met samengestelde bladeren) en meelbessen (met enkelvoudig blad)
| |
|
Sorbus vilmorinii
De groep Sorbus met geveerde bladeren omvat veel soorten die later vrucht geven dan gewone lijsterbes en bovendien een prachtige herfstkleur ontwikkelen. Ik begin met de soorten met samengestelde bladeren.
Sorbus vilmorinii is een bescheiden struik die hooguit 5 m hoog wordt. De samengestelde bladeren bevatten negen tot veertien paar blaadjes, waardoor de plant er 'fijn' uitziet. De bloemen zijn wit en verschijnen eind mei in losse tuilen. Helaas is deze plant moeilijk te vinden, maar in de praktijk is hij gezond en valt hij op dankzij de bessen, die eerst roze en daarna wit zijn. De bessen blijven lang aan de struik. Er bestaat zelfs een S. pseudovilmorinii, die op het eerste gezicht een andere kleur bessen draagt: donkerroze.
| Sorbus ulleungensis 'Dodong' (foto: [LINK GIP 2931]Boomkwekerij Udenhout[/LINK]) |
|
|
| Sorbus 'Dodong', meerstammig met bloem (foto: Boomkwekerij Udenhout) |
|
|
Sorbus ulleungensis 'Dodong'
Sorbus ulleungensis 'Dodong' is zo'n plant die vrij plotseling doorbrak. Ik zag hem ooit in Zweden en dacht eerst te maken te hebben met vleugelnoot. Het zegt iets over de gezonde groei van Sorbus in iets koudere gebieden. De boom lijkt in het begin smal opgaand te groeien, maar uiteindelijk krijgt hij een ovale kroon van ongeveer 8 m hoog. Hij is dan ruim 5 m breed. De opvallende oranje vruchten zijn vaak meer dan 1 cm groot. Ze steken fraai af tegen het blad, dat in de herfst felrood kleurt. Het blad kan tot 30 cm groot worden, met normaal zes tot acht paren blaadjes. De knoppen kleven niet. De soortnaam refereert aan de herkomst: hoog in de bergen van het eilandje Ulleung, dat op ca 100 km uit de kust van Zuid-Korea in de Japanse Zee ligt. Deze plant komt van nature alleen voor op dat eiland en is daar dus endemisch. 'Olympic Flame' onderscheidt zich niet van 'Dodong' of is dezelfde kloon.
|
'Dodong' is vrij plotseling doorgebroken. Ik dacht eerst te maken te hebben met een vleugelnoot
| |
|
Sorbus torminalis (elsbes, Torminalis glaberina)
Sorbus torminalis is een Europese soort; de Nederlandse naam is elsbes. Volgens de nieuwste inzichten heet de plant inmiddels Torminalis glaberina en is dus geen Sorbus meer, zie het kader 'Naamswijziging'. Het is dan ook een wat atypische boom van meer dan 15 m hoog, met een gegroefde stam en esdoornachtig glimmend blad. De bloemen zijn wit en verschijnen in grote tuilen. De bessen blijven groen en betrekkelijk klein. Deze bijna inheemse boom (onder meer in Duitsland) is droogteresistenter dan lijsterbes, die meer vocht vraagt. Daarom is hij op basische (en ook zure) zandgronden het proberen waard. In het droger wordende klimaat is dit een interessante boom die zeer waardevol is voor veel insecten. Mijn ervaring is wel dat deze soort flink kan worden aangetast door vruchtboomkanker. Hoewel afkomstig uit lichte bossen, is elsbes net als veel Sorbus een lichtbehoevende soort.
Sorbus scalaris
Sorbus scalaris is een kleine boom of grote struik van maximaal 6 m hoog. De Chinese soort heeft vrij grof blad, dat bronskleurig uitloopt. De bladeren zijn 20 cm lang en bevatten meer dan tien paar blaadjes, die dicht op elkaar staan. Daardoor ziet de plant er dicht uit. De grote witte bloemtrossen in mei en juni steken er mooi bij af. De bessen kleuren in oktober helderrood. De tuilen bevatten soms wel 200 dicht opeengepakte bessen, die lang aan de boom blijven. In die periode kleurt de plant vaak geheel geeloranje.
| Sorbus sargentiana, vrucht |
|
|
Sorbus sargentiana
Ook Sorbus sargentiana is een plant met veel (oranje) bessen per tuil. Hij wordt iets hoger dan de hiervoor genoemde. De knoppen lijken op die van paardenkastanje; ze glimmen en plakken net zo. Door d combinatie van vrij grof donkergroen blad, witte bloemen en dichte vruchttuilen is dit de opvallendste lijsterbes. De herfstkleur, geel tot oranje, doet ook nog een flinke duit in het zakje. Net iets kleiner is de nauw verwante Sorbus wilsoniana. Deze plant is in alle delen wat kleiner. Hij is ook wat minder stakig dan Sorbus sargentiana en draagt karmijnrode bessen.
Sorbus 'Leonard Messel'
Sorbus 'Leonard Messel' valt in Engeland op vanwege de gezonde groei en doet dat hier ook. Het blauwige samengestelde blad steekt in de herfst goed af tegen de donkerroze bessen. De takken zijn vrij dik en opgaand en vormen samen een bijna kogelronde kroon. De exemplaren die 5 m hoog zijn, hebben een behoorlijke leeftijd. Daardoor is deze lijsterbes heel geschikt voor de kleinere tuin. Hij heeft ook in Nederland heel gezond blad, dat in de herfst geel afvalt.
Sorbus hupehensis
Sorbus hupehensis is mijn favoriet in Engeland. Door het vochtigere en koelere klimaat komen de bladeren later aan de boom en vallen ze er ook later af. De echt groenblauwe, samengestelde bladeren vormen een goede achtergrond voor de roze bessen. Ook in Nederland is hij geschikt voor een plek uit de volle zon. Op vochtige gronden vormt hij een brede struik of een klein boompje, met een uiteindelijke hoogte van ongeveer 8 m. Hij is een beetje vergelijkbaar met Malus hupehensis, die uit dezelfde Chinese provincie stamt. In Trompenburg Tuinen & Arboretum staat Sorbus pseudohupehensis, die terecht veel aandacht krijgt dankzij de vruchten. Een verschil is er nauwelijks.
Sorbus domestica
Dat ook de naam van Sorbus domestica zou wijzigen, lag in de lijn der verwachting. Cormus domestica, zoals de nieuwe naam luidt, is veel groter dan alle hier beschreven Sorbus. De grote vruchten (tot 3 cm) zijn soms peervormig en worden gegeten als ze overrijp zijn in Frankrijk, Zuid-Duitsland en Oost-Europa, waar de soort vandaan komt. De herfstkleur van de samengestelde bladeren is niet fantastisch.
In lichte bossen worden het bomen tot 20 m hoog; alleenstaand blijven ze aanmerkelijk kleiner. De gegroefde, lichte en relatief dikke stam valt op onder de ovale kroon. Hij is afkomstig uit het landklimaat dat in de bebouwde omgeving heerst en is een zeer geschikte droogteresistente boom. Vanwege de vruchten kan hij beter niet in straten worden toegepast, maar als parkboom is hij heel geschikt.
| Sorbus 'Copper Kettle' |
|
|
Sorbus 'Copper Kettle'
Sorbus 'Copper Kettle' is een van de vele kruisingen die bewust of onbewust met Sorbus zijn gemaakt. Ik had ook een ander voorbeeld kunnen nemen. Deze selectie heeft roodachtig samengesteld blad, waarin de lichtgele bessen glinsteren - vandaar de naam ... Hij wordt opvallend vaak gebruikt in Engeland en is ook hier gezond. Dit boompje heeft een ronde kroon en wordt niet veel hoger dan 5 m. En nu maar hopen dat Hein de foto wél geschikt vindt ...
Sorbus commixta
Sorbus commixta gedraagt zich als een kleine boom of grote struik. De herfstkleur van deze Aziatische soort is bijna onovertroffen en doet denken aan die van Sorbus sargentiana. Ook S. commixta heeft grote samengestelde glanzende bladeren (ruim 20 cm groot). De bomen worden ovaal tot rond van vorm en dragen meestal stijl opgerichte takken. De grote witte bloemtuilen steken scherp af tegen het donkergroene blad. De helderrode bessen vallen op tussen de bladeren, die rond dezelfde tijd geel tot oranje kleuren.
Sorbus x arnoldiana
Sorbus x arnoldiana werd in 1907 als kruising gevonden in het Arnold Arboretum in de VS. In de 'Naamlijst Houtige Gewassen' staan inmiddels twintig selecties, als 'Golden Wonder', 'Schouten' en 'White Wax'. Bijna stuk voor stuk zijn het goede bomen met een vrij losse, doorzichtige, opgaande kroon. De kleur van de bessen wisselt van selectie tot selectie, van wit via roze naar rood en oranje. Het is een zeer geschikte boom voor wat bredere groenstroken. 'Golden Wonder' werd veel gebruikt, maar is niet de beste.
We gaan nu van de echte Sorbus naar de meer obscuur klinkende geslachten, die intussen gewoon bekende soorten zijn geworden. Het is even wennen. In het kader van dit artikel blijf ik ze Sorbus noemen.
Sorbus x thuringiaca (Hedlundia thuringiaca)
Sorbus x thuringiaca (nu Hedlundia thuringiaca) is een kruising tussen een meelbes en een lijsterbes. Het blad houdt het midden tussen dat van de kruisingsouders, met enkele blaadjes en een hele bladschijf. De cv 'Fastigiata' is aanvankelijk smal, maar uiteindelijk kogelrond, reden waarom hij in het Engels lollipop tree wordt genoemd. Na enten op Sorbus intermedia is hij geschikt voor in verharding. Hij draagt helderrode vruchten, die tussen het veerlobbige blad duidelijk zichtbaar zijn. Uiteindelijk wordt de boom tot 12 m hoog. Hij is geschikt voor wat bredere straatprofielen en verdraagt droge omstandigheden beter dan lijsterbes.
Sorbus wardii
Sorbus wardii is een kleine meelbes met enkelvoudig blad van ongeveer 8 cm lang. Het blad is tijdens het uitlopen bijna wit door de sterke beharing. In de zomer blijft het blad grijs, maar in de aanloop naar de herfst kleurt het steeds groener door het verlies van de witte haren. Mede door de beharing is de boom uitermate droogteresistent. Het is een betrekkelijk kleine boom van ongeveer 6 m hoog, met een kogelronde kroon. Het gaat bij deze plant meer om het stevige witte blad dan om de witte bloemen waaruit groengele bessen groeien. Door de fijnere vertakking en het kleinere blad is hij wat eleganter dan de volgende boom.
Sorbus thibetica
Sorbus thibetica loopt net als S. wardii opvallend wit uit, maar is in alle delen groter. Het blad bereikt een grootte van 12 cm en de boom zelf wordt ongeveer 8 m hoog. Hij wordt vaak als meerstammige geplant en is dan breder dan hoog. Van de vruchten moet deze plant het niet hebben: ze worden hooguit groengeel. Ik zie weinig verschil met de cultivars die er van deze soort ook zijn.
Sorbus latifolia (Karpatiosorbus latifolia)
Sorbus latifolia draagt inmiddels de naam Karpatiosorbus latifolia. Tja, de eenvoudige namen waren blijkbaar op. We kennen de cv 'Henk Vink' uit de grote steden. Het zijn bomen van ruim 8 m hoog, met een wat ovale kroon. Het enkelvoudige blad is donkergroen van boven en grijs behaard aan de onderkant. Het zijn bomen die prima tegen droge omstandigheden kunnen. De cv 'Atrovirens' heeft een vrij smalle kroon. 'Henk Vink', genoemd naar de plantsoendirecteur van de gemeente Rotterdam, groeit wat beter en houdt het blad langer vast. Beide bomen dragen bruinoranje bessen: prima voedsel voor vogels, die de bessen vaak al op hebben voordat ze overlast geven op de stoep. Ze groeien namelijk best goed in de stoep, mits de groeiplaats goed is.
| Sorbus folgneri |
|
|
Sorbus folgneri (Alniaria folgneri)
Sorbus folgneri kan een klein boompje vormen, tot ongeveer 8 m hoog, maar is meestal een grote struik. Ook hier zorgt de beharing voor wit uitlopen van de enkelvoudige bladeren, die ruim 5 cm klein blijven. Later in het jaar worden de bladeren gewoon groen. Deze Alniaria folgneri, zoals hij nu eigenlijk heet, behoudt een prachtige witte bladonderkant. De takken staan sierlijk uit; hij vormt een boom met karakter. Het vergt enige begeleiding om er een boom met doorgaande kop van te maken. De vruchten zijn klein en worden uiteindelijk rood; de herfstkleur is roze tot geel. De Nederlandse cv 'Emiel' groeit wat rechter. De Engelse 'Lemon Drop' onderscheidt zich in de praktijk nauwelijks van de soort. Hij is geschikt voor de kleine tuin, zelfs op droge zandgrond.
| Sorbus intermedia (foto: [LINK GIP 3037]Boomkwekerij Ebben[/LINK]) |
|
|
Sorbus intermedia (Scandosorbus intermedia)
Sorbus intermedia wordt een boom tot 12 m hoog, met een breed eironde kroon. Het veerlobbige enkelvoudige blad is donkergroen van boven en grijs aan de onderkant. De crèmekleurige tuilen verschijnen in mei en worden gevolgd door oranjerode vruchten die 1,5 cm groot zijn. De cv 'Brouwers' heeft een regelmatiger kroon. Het is een zeer waardevolle Scandinavische soort, die goed bestand is tegen wind en droogte. Deze soort is bovendien een goede onderstam voor veel meelbessen. Hij heet nu Scandosorbus intermedia.
| Sorbus incana (foto: Boomkwekerij Udenhout) |
|
|
Sorbus incana
Een paar jaar geleden zag ik in Leidschendam een kort rijtje mooi gesloten, strakke, donkergroene boompjes van ongeveer 7 m hoog. Navraag bij René Priem van de gemeente leerde dat het om Sorbus incana ging. Inmiddels heb ik de soort op diverse plaatsen aangeplant en de ervaringen zijn goed. Deze soort slaat, ook op zware gronden, gemakkelijker aan dan veel andere meelbessen. Hij is goed resistent tegen droogte en wind en heeft een rode herfstkleur en dito vruchten. Mogelijk is deze soort een kruising tussen Sorbus aria en S. torminalis. Er wordt ook plantgoed van gekweekt, waardoor de aanwas op gang blijft. Planten!
Sorbus caloneura
Sorbus caloneura is een van de vroegst uitlopende boomsoorten. De bruine jonge bladeren blijven heel tijdens nachtvorst en ontwikkelen zich tot vrij grote, enkelvoudige groene bladeren (9 cm groot), die aan die van Japanse sierkers doen denken. De planten die ik ken, hebben allemaal de neiging een horizontale kop te maken - of eigenlijk: geen kop. Het wordt daarmee een zeer kenmerkende boom die slechts langzaam hoger wordt, maar wel breed. De tuilen met bloemen verschijnen vroeg. Uiteindelijk ontstaan bruingroene bessen. Hij is alleen geschikt voor brede groenstroken, maar wel zeer kenmerkend en fraai.
| Sorbus aria 'Magnifica' (foto: Boomkwekerij Udenhout) |
|
|
Sorbus aria (Aria edulis)
Sorbus aria is een broodnodige boom voor de stad van de toekomst, waarin klimaatverandering en urban heat haasje-over doen. Hitte en droogte zijn geen probleem voor deze meelbes, die is uitgerust met enkelvoudig groot blad dat aan de onderkant behaard is. Het wordt best een serieus hoge boom, tot 15 m, die zijn herkomst heeft op de kalkrijke bodems van Engeland en Zuidoost- en Noord-Europa. Hij doet het goed in verharding. De boom is een belangrijke voedselbron voor vogels; wellicht dat hij mede daarom nu Aria edulis heet. De cv 'Gigantea' heeft groot, stug blad. 'Lutescens' loopt wit uit.
| Sorbus alnifolia |
|
|
Sorbus alnifolia (Alniaria alnifolia)
Sorbus alnifolia is een van mijn favorieten. Naar mijn idee is het de gezondste Sorbus (nu: Alniaria alnifolia), die vanwege de late bloei - pas in juni - veel insecten voedsel biedt. Er bloeien dan niet veel houtige gewassen meer. Hij vormt een ronde kroon, waarvoor ruimte nodig is. Het donkergroene enkelvoudige blad is bijna rond en maximaal 8 cm lang. Het blijft tot in de herfst gezond aan de boom en valt dan geel of oranje af. De kleine vruchten zijn helderrood of roze; ze rijpen in oktober en dienen dan als vogelvoer. Deze soort wordt steeds meer gekweekt en is geschikt voor groenstroken en tuinen. Vraag ernaar en plant hem! Zoals gezegd zijn er veel meer soorten die geschikt zijn. In het landklimaat dat we krijgen, zeker in de bebouwde omgeving, lijken meelbessen, de soorten met enkelvoudige bladeren, in het voordeel. En omdat je bomen niet voor tien jaar, maar liefst voor 80 jaar plant - waarin we nog meer naar een heet landklimaat zullen bewegen - liggen meelbessen wellicht meer voor de hand. Gelukkig worden ze gemiddeld ook ouder dan lijsterbessen. Zijn die laatste dan overbodig? Nee, want naast voedsel voor insecten en vogels bieden die ook veel esthetische waarde. En op dat gebied zijn meelbessen een beetje in het nadeel. Zoals gebruikelijk: probeer, experimenteer en meng vooral. Succes!
Naamswijziging
Ik heb het in dit artikel nog over Sorbus, maar volgens de (juiste) inzichten van www.treesandshrubsonline.org is het geslacht inmiddels uit elkaar gerafeld in Alniaria, Aria, Cormus, Dunnaria, Griffitharia, Hedlundia, Karpatiosorbus, Pleisorbus, Scandosorbus, Thomsonaria, Torminalis en Wilsonaria. Het wordt er voor ons niet gemakkelijker op. Veel oude 'Sorbussen' zullen aan vindbaarheid inboeten. Gelukkig blijft Sorbus aucuparia ook volgens de nieuwe inzichten gewoon zo heten, net als veel Sorbus-soorten met geveerde bladeren. Uit onderzoek naar de evolutie van Sorbus bleek dat het geslacht niet wat taxonomen een 'natuurlijke groep' noemen is. Dit betekent dat veel soorten in Sorbus niet terug te voeren zijn op één enkele tak in de evolutionaire boom, maar dat er verschillende afzonderlijke takken of 'lijnen' binnen Sorbus zijn. Zichtbare kenmerken (de morfologie) van veel soorten bleken te correleren met de afstammingslijnen die te zien zijn in de evolutionaire bomen die zijn gegenereerd op basis van genetische (DNA-) verschillen. Als gevolg hiervan werd Sorbus opgedeeld in kleinere geslachten, die wel natuurlijke groepen vormden. Het tweede deel van een botanische naam blijft meestal hetzelfde, maar soms wijzigt zelfs die.
|
| Stationspostgebouw, Den Haag (foto: Van den Berk Boomkwekerijen) |
|
|
Stationspostgebouw
Bij de herontwikkeling van het historische Stationspostgebouw in Den Haag in combinatie met de aanleg van het nieuwe Postpark werd door Van den Berk Boomkwekerijen uit Sint-Oedenrode onder meer een meerstammige Sorbus aucuparia van 450-500 cm geplant. De bomen bevorderen waterinfiltratie en dragen bij aan een gevarieerd groenaanbod, waardoor dit stadsbeeld van Den Haag klimaatbestendiger wordt. De resultaten waren in de zomer meteen merkbaar, met een temperatuur die soms 5 graden lager was dan in de stedelijke omgeving.
|
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
|
|
|
Pieter Enthoven
woensdag 13 maart 2024 |
|
En dan nu nog zorg dragen dat een aantal boomkwekers (spillenkwekers) wel de juiste onderstam gebruiken. Kom helaas in de praktijk en tijdens kwekerijbezoeken toch nog weleens Sorbussen tegen die op het kwekerijperceel al van hun onderstam afknallen. Laatst nog op een perceel met Sorbus ulleungensis ‘Dodong’ dit waargenomen. |
|
|
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|