We kunnen wel bomen planten, maar wie beschermt ze tegen wild, het liefst circulair? |
|
|
|
|
 |
| 164 sec |
Drie relatief nieuwe wildbeschermingssystemen onder de loep genomen
Het lijkt inmiddels wel een nationale sport geworden: wie plant de meeste bomen? Hoe het ook zij, wie bomen plant, moet zorgen dat ze door de eerste precaire periode heen komen. Dat betekent in veel gevallen ook bescherming bieden tegen wildvraat door reeën, hazen en konijnen.
 |
Traditioneel zijn de meeste vormen van wildvraatbescherming samengesteld uit plastics. Puur functioneel voldoet dit heel goed, maar uit milieuoogpunt is dat natuurlijk minder gewenst. Dit plastic blijft vaak langjarig in het bos aanwezig. Op den duur vergaat het wel; het wordt door zon en weersinvloeden bros en hard en valt uit elkaar, maar is dan voor de fauna in het bos zo mogelijk nog gevaarlijker. En dan kan het ook nog amper uit het bos verwijderd worden. Op zich is er niets tegen wildbescherming uit plastics. Deze materialen zijn goedkoop en snel toepasbaar. Het enige probleem is dat vaak achterwege gelaten wordt deze producten uit het bos te halen. Een corona-ommetje van de auteur van dit artikel leverde binnen een half uur twee foto's op, die in dit artikel zijn opgenomen.
Het alternatief is wildbescherming van afbreekbare materialen. Wij hebben in Duitsland en Engeland een aantal nieuwigheden gespot die wel natuurlijk opgaan in het bos en de moeite van het proberen waard zijn.
|
|
'Op zich is er niets tegen wildbescherming uit plastics. Deze materialen zijn goedkoop en snel toepasbaar'
| |
|
Holzwuchshüllen
Het eerste product, speciaal voor coniferen, is een huls die bestaat uit een combinatie van houtfineer en katoen. Enkele stroken houtfineer zijn op elkaar geplakt, met daartussen gelijmd een drager van katoen. Er is ook een versie beschikbaar zonder deze drager. Deze huls werd oorspronkelijk alleen in een hoogte van 1,20 m geleverd met een gewicht van 320 g. Inmiddels is ook een groot aantal andere hoogtes beschikbaar.
Volgens een artikel in het Duitse Taspo zou het in elkaar zetten van een dergelijke huls ongeveer een minuut kosten. De hulzen, die vlak worden aangeleverd, moeten eerst door en door nat gemaakt worden, omdat ze anders niet om de boom gerold kunnen worden. Daarna worden ze bevestigd met twee bandjes, die ook van houtfineer gemaakt zijn, een soort tiewraps van hout, dus. Naar keuze kan de bosbouwer hierbij een boompaal gebruiken om het geheel wat meer stevigheid te geven. Daarbij moet de boompaal op het noorden geplaatst worden om niet te veel licht weg te nemen voor de boom. Dit product wordt ontwikkeld door een ingenieursbureau uit de Duitse deelstaat Beieren: Eschlbeck Engineering. In Nederland is het product (nog) niet te koop. De prijzen zijn relatief hoog: 3 euro bij een oplage van om en nabij 1000 stuks en een hoogte van 1,30 m. Uitvinder Franz Eschlbeck beargumenteert de prijs als volgt: 'Wij zijn even duur als onze concurrenten die met plastic werken, maar dan moet je wel meerekenen dat dit plastic na een aantal jaren uit het bos gehaald moet worden.' (In de documentatie over het product Waldwunder worden twee specialisten aangehaald, Hein en Helfenstein, die zouden beweren dat het verwijderen van plastic wildbescherming uit het bos minimaal 1,50 tot 3 euro per stuk kost.)
De platen houtfineer zouden aan elkaar gelijmd zijn met een lijmstof die ook in de levensmiddelenindustrie gebruikt wordt. Ook vanuit dit oogpunt is er geen bezwaar tegen het gebruik van deze hulzen.
Waldwunder
Ook het tweede product komt uit Duitsland - logisch, omdat daar veel meer bossen zijn dan in Nederland en het bewustzijn omtrent het gebruik van circulaire producten minimaal zo groot is als hier. Het product Waldwunder is in Duitsland al wat langer op de markt. Het is het best te omschrijven als een driehoekig, 90 of 120 cm hoog hekje, dat om de boom geplaatst wordt. Het voordeel daarvan is dat de boom optimaal licht opvangt. Vooral bij soorten als Abies en Pinus is het belangrijk dat de takken door het hekwerkje naar buiten kunnen groeien. De prijzen van Waldwunder en Holzwuchshüllen uit fineer zijn lastig vergelijkbaar, omdat deze sterk afhangen van aantallen en hoogtes. Inge Bakker van Waldwunder stuurt een voorbeeldofferte van 4 euro bij een hoogte van 90 cm.
Foto: Erich Birner
Foto: Erich Birner
Foto: Erich Birner
|
Plastic-free tree shelter guard
Het derde product komt uit Engeland. Het lijkt misschien nog het meest op de traditionele wildbescherming uit plastic die onder de merknamen Witaplant, Tubex en Ventex op de markt is. Het Engelse bedrijf Green-Tech heef hier een versie van gemaakt die geen plastic bevat en composteerbaar zou zijn: de plastic-free tree shelter guard. Het board is wel gecoat, om het langjarige bescherming te geven. De kokers zijn ontworpen om buiten minimaal drie jaar mee te gaan. Ze zullen dan uiteindelijk - zo zegt de fabrikant - veilig in de bos uiteenvallen. De kokers zijn daarnaast geschikt voor compostering of recycling.
Het product wordt gevouwen aangeleverd en kan ook zo worden gevouwen dat er een extra paal doorheen geschoven kan worden. Het is relatief duur: 3,15 euro voor de grootste uitvoering van 140 x 10 x 10 cm.
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
