Ook in dichtbebouwde Amsterdam kun je ruimte maken voor biodiversiteit en klimaat |
|
|
|
 |
| 157 sec |
GROEI! in Amsterdam
In Amsterdam Overamstel staat over circa twee jaar een van de meest natuurinclusieve woonwijken van Nederland. GROEI! is een nieuwbouwproject van VORM Ontwikkeling, in samenwerking met Donker Design, trots onderdeel van Donker Groep, en Flux landscape architecture. Het groen is van begin af aan als volwaardig onderdeel in het plantraject meegenomen. Het project laat zien hoe je in een dichtbebouwde stad als Amsterdam toch ruimte kunt maken voor woonkwaliteit, klimaatadaptatie én biodiversiteit.
 |
Groen als oplossing voor stedelijke opgaven
Steden hebben te maken met een toenemende druk op de ruimte, hittestress, wateroverlast en achteruitgang van de biodiversiteit. GROEI! laat zien dat groen een rol kan spelen bij al deze vraagstukken tegelijk. Groen levert niet alleen ecologische waarde, maar ook allerlei praktische voordelen. Denk aan het verlagen van hittestress, het vasthouden van water, luchtzuivering en geluidsreductie. Tegelijkertijd draagt groen bij aan gezondheid en gemeenschapsvorming. Juist vanwege die veelzijdigheid moet groen volgens Donker Design al in een vroeg stadium worden meegenomen in het ontwerpproces.
Een ecologische schakel in de stad
Het projectgebied, kavels 2 en 3 van de buurt Weespertrekvaart, sluit aan op omliggende groengebieden, zoals Tuinpark Amstelglorie, de tuinen van het Bajeskwartier en begraafplaats De Nieuwe Ooster. Door deze 'gebroken schakels' met elkaar te verbinden, fungeert GROEI! als een ecologische stapsteen in dit stedelijke netwerk.
 | Gerbert van den Dikkenberg van Donker Design: 'Het gaat hier niet om wat plukjes groen of een sedumdak' |
|
|
Verticale vergroening speelt een hoofdrol in het project. Zo wordt 85 procent van de dichte gevelvlakken begroeid met klimplanten in een gelaagd systeem van bakken en geleidingsconstructies. Op het dak, op 8 meter hoogte, komt een parkachtig landschap met bomen, vijvers, bos- en schaduwzones en een eetbare tuin. Ook de fauna wordt gefaciliteerd: egels kunnen via natuurtrappen omhoog en in de gevels worden circa 550 nestkasten opgenomen.
Techniek, ecologie en maakbaarheid combineren
Een ambitie als deze vraagt meer dan alleen een goed beplantingsplan. De daktuin wordt mogelijk gemaakt door een substraatlaag van gemiddeld 80 centimeter. Water wordt opgevangen in buffervoorzieningen (100 en 200 kubieke meter), aangevuld met gezuiverd grijswater uit douche- en wastafelwater. Zo kan het groen ook tijdens droge hete perioden van twintig dagen zelfstandig worden onderhouden. Deze oplossingen vragen om nauwe samenwerking tussen disciplines. 'We controleren alles op maakbaarheid, programma van eisen (PvE) en technische haalbaarheid,' legt Jelle Verhallen, projectleider van Donker Design, uit. 'Dat betekent ook dat je op tijd moet anticiperen op spanningen tussen de groene ambities en bouwkundige randvoorwaarden, zoals brandveiligheid, gevelopbouw en energieprestaties. Die afstemming kost tijd, maar is essentieel.'
Plantenkeuze: evenwicht tussen ecologie en techniek
De plantenkeuze is afgestemd op de biotopen die op het dak worden aangelegd, het gewenste gevelbeeld door de seizoenen en de technische eigenschappen van de gevels. Zelfhechters, zoals wilde wingerd en hedera, zijn bewust vermeden omdat ze te intensief onderhoud vereisen. In plaats daarvan is gekozen voor soorten als hop, clematis, kamperfoelie en vuurdoorn, klimplanten die bijdragen aan de biodiversiteit én beter te begeleiden zijn. In de beplantingsstrategie is gekozen voor een nuchtere aanpak: inheems waar het kan, maar niet ten koste van klimaatrobuustheid. 'We zijn niet dogmatisch,' zegt senior adviseur Van den Dikkenberg. 'Sommige soorten die verwant zijn aan inheemse soorten, zijn beter bestand tegen droogte. En de hoogste aantallen insecten blijken juist voor te komen bij de mix van inheemse en verwante soorten.'
Onderhoud vraagt voorbereiding
Aan het toekomstige beheer van het groen is al in de tenderfase aandacht besteed. Dat moet ook wel, want in het ontwerp moet rekening worden gehouden met de bereikbaarheid van het groen. Op sommige plekken zijn bijvoorbeeld abseilvoorzieningen nodig om het gevelgroen te kunnen onderhouden. Dat betekent dat er tijdig moet worden nagedacht over ankerpunten, toegangsroutes en de vervangbaarheid van beplanting. Donker Groen blijft de eerste vijftien jaar verantwoordelijk voor het onderhoud van onder meer de groengevels. Tegelijkertijd is bewonersparticipatie een belangrijk onderdeel van het project. Niet alles kan of hoeft in eigen beheer, maar het project zet actief in op het versterken van de betrokkenheid en gemeenschapszin van bewoners. Zo wordt groenonderhoud niet alleen iets van de groenbeheerder, maar ook van de bewoners zelf.
 | Jelle Verhallen van Donker Design: 'Je moet blijven strijden om het groen een optimale plek te geven' |
|
|
Ruimte maken voor groen vraagt lef
GROEI! is niet ontstaan binnen de strakke kaders van een standaardbestek. Het is een project dat alleen tot stand kon komen doordat alle betrokken partijen bereid waren er samen voor te gaan en niet de makkelijkste route te kiezen. De les voor groenprofessionals? Wie wil meedoen in dit soort integrale projecten, moet niet alleen verstand hebben van groen, maar ook van planprocessen, ontwerp- en bouwlogica, ecologie en natuurlijk de kosten. 'Je moet vasthoudend zijn en blijven strijden om het groen een optimale plek te geven,' benadrukt Verhallen. En bovenal moet je strategisch kunnen denken. Van den Dikkenberg: 'De eerste vraag is niet: hoe voeren we het uit? De eerste vraag is: wat kunnen en willen we bijdragen aan de stad van de toekomst?'
LOGIN
met je e-mailadres om te reageren.
|
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|