Veranker het boombeheer in je gemeente met het PEFC-certificaat |
|
|
|
|
| 258 sec |
Hogere verwaarding van kaphout
Hoe kun je klanten de garantie geven dat houtproducten een duurzame oorsprong hebben? Met dat dilemma worstelen alle gemeenten die veel kap- en snipperhout produceren. Het project Bomen Buiten het Bos gaat daarin verandering brengen.
Jelle de Bijl, programmamanager van het PEFC-project Bomen Buiten het Bos |
In Nederland staan circa 340 miljoen bomen. Circa 180 miljoen daarvan tref je buiten de bossen aan: in steden, dorpen, langs akkers en weilanden, in singels met bomen en op erfgrenzen. Bij die 180 miljoen bomen ontbrak de mogelijkheid om ze onder het PEFC-certificaat af te zetten op de houtmarkt. Ook al waren ze duurzaam geproduceerd. Zo liep een van onze provinciehoofdsteden ertegen aan, dat een grote zagerij een flink aantal stammen met waardevol gebruikshout niet wilde afnemen. De gemeentelijk bomen, weliswaar duurzaam gegroeid, waren niet gecertificeerd. Daardoor werd hun bestemming niet het duurzaam gebruik als bouwhout, maar bijstook in een biomassacentrale.
| Veel hout wordt afgezet zonder PEFC-certificaat |
|
|
Verandering
'Het was Zwolle dat honderd waardevolle stammen vrij kreeg en zocht naar een waardevolle manier om het rondhout in te zetten in plaats van dat het opgestookt zou worden,' vertelt Jelle de Bijl. 'Hoe hoger je kaphout in de keten kunt toepassen, des te gunstiger is dat voor onze planeet. Veel grote spelers op de houtmarkt vragen om certificaten. Daar kwamen bomen gegroeid buiten het bos tot dusverre helaas niet voor in aanmerking. En daarin willen we vanuit PEFC verandering brengen.' De Bijl is programmamanager van het PEFC-project Bomen Buiten het Bos. Hij volgde de opleiding Boscultuur- en beheer aan de Hogeschool Larenstein. Tijdens zijn major specialiseerde hij zich in de houthandel en ging daarvoor naar Zweden, een houtland bij uitstek.
|
'kennis van de houtmarkt is noodzakelijk'
| |
|
De Bijl rondde zijn studie af, compleet met onderwerpen als Supply Chain Analysis (SCA)en Life Cyclus Analysis (LCA). Binnen zijn functie bij PEFC richt hij zich ook op andere biobased bouwmaterialen. De Bijl vervolgt: 'In tegenstelling tot beheerders van bossen, inclusief particuliere landgoederen, hebben vele gemeenten geen weet van de houtmarkt en daardoor krijgt veel kaphout een laagwaardige bestemming. Een PEFC-certificaat maakt het betreden van deze markt met een grote stapel kaphout veel gemakkelijker. Wel is kennis van de houtmarkt noodzakelijk, om de verschillende categorieën aan houthandelaren te kunnen afzetten. En dat kan meer opleveren dan een zakcentje.'
Bewustzijn vergroten
Het liefst ziet De Bijl dus zo weinig mogelijk laagwaardige toepassingen van waardevol kaphout. Daarbij aantekenend dat ook aan houtsnippers eisen gesteld worden. Voldoen ze ook niet aan de laagste eisen, dan moet het composteren of naar de stortplaats. 'Ik wil het bewustzijn vergroten dat je met de kap van bomen op gemeentelijk terrein een restproduct in handen hebt. Een product dat zich leent voor het produceren van planken, balken of platen. Zodat niet alleen (stads)houtverwerkers, maar ook aannemers dit als PEFC-gecertificeerd bouwmateriaal kunnen gaan gebruiken. Zodat zij en de eindproducenten het PEFC-stempel op het product kunnen zetten,' vult De Bijl aan. Dat is overigens altijd op vrijwillige basis. Tot dusverre was het PEFC-logo alleen bestemd voor houtproducten uit gecertificeerde bosopstanden. Bij PEFC was er internationaal al een standaard voor deze "nieuwe" categorie bomen. Wij hebben deze op de Nederlandse situatie voor bomen buiten het bos aangepast.'
Beheerplan
Het blijkt dat het meerjarig gemeentelijk beheerplan van bomen een belangrijke rol speelt om gecertificeerd te geraken. Het gemeentelijke duurzame beheerplan voor bomen wordt daarbij vergeleken met de standaardnormen van PEFC. De Bijl: 'Kern hierbij is de bomen zo te beheren dat de biodiversiteit en productiviteit van bomen behouden blijft. En dat ze zowel in het heden als in de toekomst hun ecologische, economische en sociale functies blijven vervullen. En bovendien moeten ze geen schade veroorzaken aan ecosystemen. De regelgeving van het PEFC-keurmerk draait om het behouden van dit alles. Een van de eisen is bijvoorbeeld dat er, gezien over een bepaalde periode, niet meer hout gekapt wordt dan de bijgroei. Ook het pesticidegebruik komt hierbij aan de orde. Hierbij sluit de certificering aan op de bestaande wet- en regelgeving.'
Onnodige controles kunnen daardoor achterwege blijven. Zo is bijvoorbeeld de bescherming van (zeldzame) dier- en plantensoorten gewaarborgd. Ook gaat deze certificatie uit van een diversiteit aan boomsoorten en klimaatpositieve activiteiten. Het beheerplan en de interne controle daarvan vormen een belangrijke basis voor het behalen van het PEFC-certificaat voor Bomen Buiten het Bos. Jaarlijks vindt er een audit plaats door een onafhankelijk certificeerder. 'Ik benadruk dat we als PEFC geen instantie zijn die de gemeenten extra voorschriften geeft hoe ze hun boomopstand moet beheren. Onze ambities zijn: de houtmarkt op een bepaalde manier om te buigen en bij de doelgroep het besef te vergroten dat je met je duurzaam geproduceerde hout iets waardevols kunt doen. Uiteraard blijft daarin plaats voor laagwaardiger toepassingen.'
Bijdragen
Afgaand op het stempel zul je PEFC-hout uit bossen niet kunnen onderscheiden van hout dat duurzaam op gemeentelijke grond is gegroeid. De kosten voor dit PEFC-certificaat zijn feitelijk verwaarloosbaar als je dit afzet tegen het totale gemeentelijk boombeheer. Gemeenten kunnen kiezen voor een individueel certificaat of een groepscertificaat. Voor gemeenten kan het aantrekkelijk zijn hun krachten en hectaren te bundelen in het zogenoemd groepscertificaat. De Bijl: 'Dat gebeurt bijvoorbeeld ook bij eigenaren van gecertificeerde landgoederen met bos, feitelijk kleine ondernemingen die vaak geen fte's vrij kunnen maken om hierop beleid te maken en hun beheerproces te begeleiden. Een manager van buitenaf doet dan de administratie hiervoor en regelt en controleert alles. Uiteraard praten we in die situatie vanuit het bosperspectief. Overigens zul je qua stempel het PEFC-hout uit bossen niet kunnen onderscheiden van hout dat op gemeentelijke grond is gegroeid.'
Naast de kosten die een certificeerder of de manager van een groepscertificaat in rekening brengt, betalen gecertificeerde gemeenten een jaarlijkse deelnemersbijdrage aan PEFC Nederland. Hieronder zie je voorbeelden van deze bijdrage van Bomen Buiten het Bos: - gemeente van 500 km² à € 1,= afdracht per km² = € 500 + € 10 vaste bijdrage = € 510 afdracht per jaar; - gemeente van 7 km² à € 1,= afdracht per km² = € 7 + € 10 vaste bijdrage = € 17 afdracht per jaar. PEFC-gecertificeerde gemeenten ontvangen een welkomstpakket. Daarin treffen ze onder meer een plaquette aan bestemd voor aan de gevel of in een park om duidelijk te maken dat het beheer een PEFC-certificaat heeft.
Chain of Custody
Kent u ook het bestaan van het Chain of Custody-certificaat? Misschien wel waardevol om te weten. Dit richt zich op bedrijven in de keten na het bos. Zij kunnen het PEFC-Chain of Custody-certificaat behalen. Dit certificaat garandeert dat de PEFC-claim op de factuur of pakbon klopt. Bij zo'n bedrijf controleert namelijk een onafhankelijk certificerende instelling jaarlijks of het bedrijf PEFC-gecertificeerd materiaal heeft ingekocht. Als klant van zo'n bedrijf kun je er dus op vertrouwen dat je gecertificeerde, duurzame producten inkoopt. De Bijl: 'Hoe meer bedrijven het PEFC-Chain of Custody-certificaat bezitten, hoe meer gecertificeerde eindproducten op de markt komen en hoe meer beheerders van houtopstanden gestimuleerd worden hun bomen duurzaam te beheren. Inkopers, aanbesteders en consumenten vragen steeds vaker naar producten met PEFC-keurmerk om zekerheid te hebben over de duurzame herkomst ervan. Bedrijven met het PEFC-Chain of Custody-certificaat geven deze garantie.
Wat is PEFC?
PEFC is de afkorting van Programme for the Endorsement of Forest Certification. Ofwel een programma dat de certificering van duurzaam geproduceerd hout uit bossen aanmoedigt. Deze internationale, non-profit-, niet-gouvernementele organisatie promoot duurzaam bosbeheer door middel van onafhankelijke certificering door derden. Vanaf 2006 werd het beschouwd als het certificeringssysteem bij uitstek voor kleine boseigenaren in Europa. Thans telt PEFC circa vijftig goedgekeurde nationale boscertificeringssystemen, met gezamenlijk zo'n 300 miljoen hectare bos. Daarmee is het meteen het grootste boscertificeringssysteem ter wereld, dat ongeveer twee derde van het wereldwijd gecertificeerde bosgebied bestrijkt. Het internationale PEFC-keurmerk garandeert dat hout- en papierproducten afkomstig zijn van duurzaam beheerde bossen of bomen, waarbij evenveel aandacht is voor de ecologische, sociale en economische functies. PEFC International is gevestigd in Genève, Zwitserland; het Nederlandse kantoor vindt u in Wageningen.
|
LOGIN met je e-mailadres om te reageren. |
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
|
Iedereen kan gratis kleine advertenties plaatsen via zijn eigen account.
|
|
|
|